Hoewel er voor Oasis al een aantal jaren een coffeeshop in het pand aan de Meeuwerderweg zat, runt Alfred Balk de zaak nu al een kwart eeuw. Een mooi moment om hem eens aan de tand te voelen over zijn bedrijfsfilosofie en verwachtingen voor de toekomst.
“Vijfentwintig jaar geleden runde ik een coffeeshop aan het Zuiderdiep”, vertelt Alfred. “Die moest ik echter sluiten op last van de gemeente omdat ik er geen horecavergunning op kon krijgen. Op de laatste dag dat ik open was kwam Paul, een vriend van mij, langs met de mededeling dat hij goed en slecht nieuws te vertellen had. Het slechte nieuws was dat hij had besloten te stoppen met zijn coffeeshop aan de Meeuwerderweg en het goede dat ik het van hem over kon nemen. Daar heb ik natuurlijk ontzettende mazzel mee gehad.
Ritme van de buurt
De naam Oasis heb ik gekozen omdat het staat voor een plek van ontmoeten, rust en handel. Dat leek mij wel toepasselijk. Ik hou van gezellig en gemoedelijk, en dat is ook de sfeer die ik probeer te creëren. Het leuke van een kleine coffeeshop als deze is dat het al gezellig oogt als er drie mensen zitten. Daarom heb ik hier ook lage zitjes gemaakt. Dat geeft veel meer een huiskamergevoel dan de hoge statafels die er oorspronkelijk stonden. Daarnaast is het een groot voordeel dat dit pandje zoveel ramen heeft. Dat geeft een open uitstraling wat ook voorkomt dat mensen zich gaan afvragen wat zich achter de deur afspeelt.
In tegenstelling tot andere coffeeshops heb ik er bewust voor gekozen om ’s avonds en op zondag dicht te zijn. Dat past beter bij het ritme van de buurt, vind ik. Door ’s avonds dicht te zijn voorkom je overlast en op zondag is er in de buurt sowieso niet veel te doen, dat wil ik niet doorbreken. Andere coffeeshopeigenaren verklaren mij vaak voor gek omdat zondag hun beste dag is, maar mij bevalt het prima.
Nieuw beleid
Wat de toekomst betreft ben ik er geen voorstander van dat de overheid de wietteelt helemaal overneemt. Het telen van wiet is veel moeilijker dan bijvoorbeeld het brouwen van bier en er kan dus van alles fout gaan. Stel dat de overheid een monopolie heeft en de oogst mislukt, dan is er dus helemaal geen wiet meer, of veel te weinig. Ook ben ik bang dat ze zullen doorslaan in het veiligheidsaspect. Nu wordt mediwiet bijvoorbeeld met gammastralen bewerkt om het biologisch ‘dood’ te maken. Daar ben ik zeker geen voorstander van. Wel zou ik het goed vinden als het duidelijker wordt wat de exacte oorsprong van de wiet is. Er zijn nu zoveel soorten die ook nog eens vaak gekruist worden, dat het onmogelijk is om zeker te weten welke soort je krijgt aangeboden, terwijl ze wel allemaal een specifieke werking hebben. Zo heeft iemand die last heeft van spasmen bijvoorbeeld baat bij een ander soort wiet dan iemand die zijn creativiteit wil stimuleren.
Het is duidelijk dat er iets moet gebeuren aan het huidige beleid want het is natuurlijk vreemd dat er nu geen enkele controle is op de producten die worden verkocht. Het liefste zou ik zien dat de overheid vergunningen verstrekt aan bepaalde thuistelers, zo behoud je in ieder geval de diversiteit. Maar het belangrijkste vind ik het dat de overheid in gesprek gaat met mij, mijn collega’s én de gebruikers, want het is in ieders belang dat er een goede regeling komt.”
CvdL